Een laatste blog van mij voordat ik dan echt met verlof ga en ik waarschijnlijk weinig energie over heb om uitgebreid in de keuken te staan experimenteren. Dat was de laatste weken in combinatie met het warme weer al een flinke opgave. Uiteraard stond er bijna elke avond een maaltijd op tafel. En dat waren echt niet alleen maar diepvries pizza’s ;-). Zoals je misschien op Facebook hebt gezien heb ik voor mijn verjaardag in juni nog een heerlijke aarbeientaart gemaakt. Maar er zitten zoveel haken en ogen aan dat specifieke recept, dat ik hem toch eerst wil verfijnen voordat ik hem met jullie deel. 
En met de trifle die ik die dag ook maakte heb ik enorm gesmokkeld. Wat overigens niets afdeed aan plaatje, en ook niet echt aan de smaak trouwens. Maar alles kwam uit een pakje, de brownies, de jelly en de custard. Het fruit was natuurlijk wel vers. En de slagroom ook, zelf geklopt met wat vanille suiker.
Maar de 700g bramen die ik afgelopen week in één dag van onze bramenstruik plukte kon ik niet ongemoeid laten. En om er nou alleen maar jam van te maken…
Dus maakte ik van de mooiste exemplaren een super lekkere bramentaart, die zowel als stuk bij de koffie erg lekker smaakte, als na het eten met een bolletje vanille ijs. Ik vond hem uit de koelkast het lekkerst als de bodem lekker compact was, bijna als boterkoek. Van de rest van de bramen maakte ik een jam/gelei. In de winkel zijn de bramen allemaal puntgaaf maar die van mij waren dat niet. Dus na het inkoken met geleisuiker heb ik de jam door een zeef gedrukt. De kleine potjes die ik oa heb gebruikt zijn ideaal. Doordat er geen conserveringsmiddelen in de jam zitten blijft het, ondanks dat je de jam in de koelkast bewaard, toch een stuk minder lang houdbaar.
Er blijven trouwens bramen rijpen, maar die snoepen we gewoon na het eten direct van de struik. Of ik gebruik ze in de bramen met mascarpone waar ik vorige zomer het recept van deelde. Zo snoepen wij ook van de John Downie appeltjes die bijna rijp zijn. Maar misschien moet ik daar ook maar gelei van maken.:-)
Bramentaart
Ingrediënten:
Voor het deeg
- 500 g bloem (eerst 400 g voor het deeg en later nog 100 g bloem voor het kruimeldeeg)
- 140 g suiker
- 1 thl bakpoeder
- 300 g ongezouten boter
- 1 ei
- 1 zakje vanille suiker
- rasp van 1 citroen
- 1 thl kaneel
- 1/4 thl zout
Voor de bramen
- 350 g bramen
- 60 g suiker
- sap van 1 citroen
- 4 thl maïzena
Verwarm de hetelucht oven voor op 19°C en vet een bakblik van ongeveer 21 bij 21 cm.
Meng voor het deeg eerst de 400g bloem met de 140 g suiker, bakpoeder, vanille suiker, kaneel, zout en citroenrasp. Snijd de koude boter in blokjes en kneed snel samen met het ei door de droge ingrediënten. Druk nu de helft van het deeg in de bodem van je bakblik. Meng door de andere helft van het deeg de resterende 100g bloem zodat het deeg kruimelig wordt.
Meng in een andere kom de overige 60 g suiker met de maïzena en het citroensap. Schep hier voorzichtig je bramen doorheen, zodat ze zo min mogelijk stuk gaan maar wel helemaal bedekt zijn met het maïzena mengsel. Dit voorkomt dat je onderste deeg strak heel zompig wordt. Verdeel dit mengsel over je onderste deeglaag en kruimel hier de rest van je deeg overheen.
Bak de taart in de voorverwarmde oven ongeveer 45 minuten, tot de bovenkant licht bruin is gekleurd.
Laat hem helemaal afkoelen voordat je er stukken uit snijd. En dan lekker opeten met een bolletje ijs…mmmm.
